Wet toekomst pensioenen
De grootste herziening van het Nederlandse pensioenstelsel

Wet toekomst pensioenen eindelijk aangenomen
Het door Minister Carola Schouten ingediende wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen (Wtp) is op 30 mei 2023 aangenomen door de Eerste Kamer. Het nieuwe pensioenstelsel is daarmee een feit. Het nieuwe pensioenstelsel gaat in op 1 juli 2023 en er geldt een overgangsperiode tot 1 januari 2028.
Wat is de rol van HR bij de Wet toekomst pensioenen
Als gevolg van het nieuwe pensioenstelsel gaan werknemers vaker vragen stellen over hun pensioen, zo is de verwachting. De primaire rol van HR is dat zij de werknemers inhoudelijk informeren over de pensioenregeling. Maar is de regeling ondergebracht bij een verzekeraar/PPI dan blijft het hier niet bij. In dat geval mag men van HR verwachten dat zij op beleidsniveau meedenken met de het tot stand komen en wijzigen van de pensioenregeling en beleidsbeslissingen voorbereiden.
Voorbereiding HR op Wet toekomst pensioenen
Nu het wetsvoorstel door de Eerste Kamer is aangenomen en het wettelijke kader van het nieuwe pensioenstelsel definitief is, kunnen de pensioenfondsen, verzekeraars en sociale partners starten met hun communicatie. Wij adviseren werkgevers om zelf een tijds-en communicatieplan op te stellen en dit te delen met de werknemers. Open en duidelijke communicatie vanuit de werkgever wordt namelijk zeer gewaardeerd.
Bijkomend voordeel is dat u met uw communicatieplan ook inzicht creëert in het benodigde budget. U kunt tijdig voldoende budget aanvragen zodat u niet voor verrassingen komt te staan. Natuurlijk kan uw persoonlijke adviseur u helpen bij het opstellen van het tijds- en communicatieplan.
Verder kunt u uw HR-medewerkers ook voorbereiden door bijvoorbeeld een pensioenworkshop voor hen te faciliteren. Met onze op HR-afgestemde opleidingsmodule kan de pensioenkennis van uw HR-collega’s op een zodanig niveau brengen dat zij de meeste vragen van uw werknemers direct kunnen beantwoorden.
Gevolgen voor de werknemers
Het is bekend dat werknemers op dit moment nauwelijks inzicht hebben in de hoogte van hun pensioeninkomen. Laat staan hoe de situatie is als alle wijzigingen zijn verwerkt. U kunt dan ook -veel- vragen van uw werknemers verwachten. Vaak heel praktische vragen als: Wat zijn de gevolgen van het nieuwe pensioenstelsel of de Wet toekomst pensioenen voor mijn pensioen? De meeste vragen kunt u pas na verloop van tijd beantwoorden. Eerst moet namelijk duidelijk zijn hoe de nieuwe pensioenregeling wordt vormgegeven.
 
De belangrijkste afspraken uit de Wet Toekomst Pensioenen zijn
- Het nieuwe pensioenstelsel is persoonlijker en transparanter.
- Voor alle nieuwe toetreders geldt voortaan een gelijkblijvend premiepercentage.
- Er komt een beter nabestaandenpensioen.
- Extra keuzerecht, 10% opname ineens bij pensioeningang.
- De AOW-leeftijd stijgt als gevolg van het pensioenakkoord minder snel.
- Betere afspraken voor werknemers met zware beroepen.
- Zelfstandigen krijgen een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering.
- Pensioenopbouw vanaf 18 jaar.
- Geen wachttijd meer voor pensioenopbouw.
- Witte vlekken beperken, dit wil zeggen dat de Minister een zorgplicht heeft om ervoor te zorgen dat het aantal werknemers zonder pensioenregeling wordt verlaagd van 900.000 tot 450.000 werknemers in 2029.
Gevolgen voor werkgevers
Iedere werkgever wordt door de Wtp geconfronteerd met een aanpassing van de pensioenregeling. Heeft uw onderneming een verzekerde regeling? Dan mag de werkgever de nieuwe pensioenregeling zelf samenstellen, uiteraard in samenspraak met de ondernemingsraad (or) of personeelsvertegenwoordiging (pvt). Is de pensioenregeling bij één van de vele pensioenfondsen ondergebracht? Dan wordt bij cao-onderhandelingen door de sociale partners bepaald hoe de nieuwe pensioenregeling eruit komt te zien.
Voorbereiding werkgevers 
Als de pensioenregeling bij een verzekeraar/PPI is ondergebracht dan zijn de voorbereiding voor HR anders dan wanneer de pensioenregeling bij één van de ruim 200 pensioenfondsen is ondergebracht. De te nemen stappen en de doorlooptijd zijn namelijk afhankelijk van de feitelijke omstandigheden waarin de onderneming zich bevindt. Meer hierover leest u in onze e-paper Wet toekomst pensioenen.  
Stappen die u nu kunt zetten
De ingangsdatum van het nieuwe pensioenstelsel is vastgesteld op 1 juli 2023. Er geldt een overgangstermijn tot 1 januari 2028. Wij adviseren bedrijven om nu in actie te komen:
- Maak een tijds- en communicatieplan. 
- Stel een pensioen-/arbeidsvoorwaardencommissie samen. 
- Faciliteer een pensioenworkshop voor al uw HR-collega's. 
- Laat ons een impactrapport voor u opstellen. 
Veel bedrijven zijn inmiddels gestart met de voorbereidingen, door nu nog te starten heeft u nog voldoende tijd om uw collega’s voor te bereiden op de grootste herziening van het Nederlandse pensioenstelsel ooit. Maar wacht niet te lang. Een zorgvuldig traject kost vaak meer tijd dan u in eerste instantie verwacht en te laat beginnen kan u in tijdsnood brengen.
Meer informatie over de nieuwe pensioenwet?
Veelgestelde vragen
Het nieuwe pensioenstelsel gaat in op 1 juli 2023 en er geldt een overgangsperiode tot 1 januari 2028.
Iedere werkgever krijgt te maken met de gevolgen van een nieuw pensioenstelsel. Heeft u een verzekerde regeling? Dan mag u in samenspraak met de OR de nieuwe regeling zelf samenstellen. Heeft u een regeling bij één van de ruim 200 pensioenfondsen? Dan bent u afhankelijk van de besluiten die sociale partners nemen die worden vastgelegd in een cao.
Keuzestress voor de HR-afdeling. Vanuit HR-beleid lijkt het aantrekkelijk om geen gebruik te maken van het overgangsrecht maar dat hoeft het niet te zijn. Lees meer over de mogelijkheden en de voor- en nadelen in onze e-paper.




 
                         
                                       Austria
                                                                        Austria
                                 Belgium
                                                                        Belgium
                                 Denmark
                                                                        Denmark
                                 Estonia
                                                                        Estonia
                                 France
                                                                        France
                                 Greece
                                                                        Greece
                                 Iceland
                                                                        Iceland
                                 Ireland
                                                                        Ireland
                                 Switzerland
                                                                        Switzerland
                                 United Kingdom
                                                                        United Kingdom
                                 Australia
                                                                        Australia
                                 Hong Kong
                                                                        Hong Kong
                                 New Zealand
                                                                        New Zealand
                                 Japan
                                                                        Japan
                                 Mexico
                                                                        Mexico
                                 Bahrain
                                                                        Bahrain
                                 Morocco
                                                                        Morocco
                                 Tanzania
                                                                        Tanzania
                                


